Karel deel 65
Twee uur later belde Ad, hij had overlegd met iemand en die wist absoluut zeker dat het rode lampje te maken had met de kilometerteller en verder niet met levensgevaarlijke ontbrekende onderdelen of wat dan ook.
De man was een echte automonteur, hij had zelfs een garage, dat wekte vertrouwen.
Ad had gevraagd of hij wilde helpen, dat wilde hij wel maar pas eind van de week had hij tijd.
Ik zuchtte en ging akkoord.
Woensdag, in de vooravond tikte mijn bovenbuurvrouw bij me aan, of dat rode autootje van mij was, dat was het, de lichten stonden nog aan.
Ik vloekte en sprong met vijf treden tegelijk naar beneden, Karel kwam achter me aan, de trap af, vertelde de buurvrouw later, zij had hem naar binnen gebracht.
Ik draaide de lichten uit en bleef buiten adem in de auto zitten.
Zaterdag zat ik ‘s morgens om kwart over negen in het café omdat Ad me op vrijdagavond een sms had gestuurd met de mededeling dat De Man tijd had, we konden om tien uur bij hem terecht.
Ik zat aan een lekkere cappucino toen Ad z’n telefoon ging, zijn gezicht betrok.
De moeder van De Man was onverwacht ontslagen uit het ziekenhuis en hij moest haar eerst ophalen, om twaalf uur konden we komen.
Om elf uur zei Ad dat ‘ie even een boodschap ging doen, de moed zonk mij in de schoenen, ik kon het hem moeilijk verbieden.
Ik vertrouwde hem wel maar zag onmiddellijk dat hij ergens met pech zou staan, hij stelde me gerust, hij ging op de fiets.
Om half twaalf was hij nog niet terug, Ad komt nú aanfietsen, zei ik tegen een tafelgenoot.
Zij keek op van de krant, visualiseren, zei ze.
Inderdaad, zei ik en grijnsde.
Tot mijn grote opluchting kwam hij inderdaad twee minuten later aanfietsen.
Ik sprong op en liep naar buiten.
We gaan, zei Ad.
We gaan, zei ik.
Na een ritje van een haf uur waren we bij De Man,
Ad stapte uit om een groot hek te openen, ik reed het terrein op.
De Man straalde vakkennis uit, dat was prettig.
Ad had zich al meerder keren verontschuldigd voor het uit hand lopen van het hele avontuur.
Ik kon niet anders dan hem vergeven, hij had het ook allemaal niet zo gewild, dat wist ik echt wel.
De Man ging aan de slag, het bleek een hele klus en naarmate de tijd verstreek zag ik in gedachten de rekening oplopen.
Drieënhalf uur later deed de kilometerteller het weer maar voor de dashboardverlichting en het waarschuwingspiepertje moest hij me toch echt doorverwijzen naar een heuse auto-elektricien, daar had hij geen tijd meer voor want z’n vrouw wilde dat hij meeging om boodschappen te doen.
Ik kon hem geen ongelijk geven.
Ietwat onzeker vroeg hoeveel ik hem moest betalen.
Doe maar een pakkie shag, zei hij.
Ik kon hem wel zoenen maar deed het niet.
Ik gaf hem tien euro, da’s twee pakkies shag, zei De Man.
Ik bedankte hem nog een paar keer en we spraken af dat ik hem binnenkort bel voor een afspraak met de auto-elektricien.
Ik dropte Ad bij het café en ging naar huis.
Thuis keken Karel en ik tv.
Wordt vervolgd.
zeven reacties
voor zo.n schrijver als je bent hahahaha
geef je verdraait korte reacties , maar
ik vind het leuk dat je even op mijn site was
en Überhaupt een reactie gaf , doet niet iedereen
je verhaal moet ik lezen , als het een vervolg is
dus nog even geen reactie ;))
Dat is nog erger dan bij Beun de Haas