Karel deel 43
Bij het tankstation stopte ik bij het bandenspanning apparaat.
Er stond een grote auto voor waar niemand inzat, ik wachtte geduldig.
Er kwam een stoer uitziende man aanlopen, ik stapte uit.
‘Mot je d’r bij?’vroeg de man.
‘Sterker nog, ik zou je willen vragen of je bereid bent om mij te helpen, ik heb dat nog nooit gedaan’ zei ik.
Hij keek me even onderzoekend aan met een blik waaruit ik opmaakte dat hij zich afvroeg of ik de waarheid sprak.
Hij haalde z’n schouders op en zei :’Ja hoor, ik zal ‘m opzij zetten.’
‘Goed, dan zet ik die van mij er voor’ zei ik.
We stapten gelijktijdig uit onze auto’s.
‘Wat mot erin?’ vroeg hij.
‘Lucht lijkt mij’ zei ik met een grijns.
‘Ja hoeveel, je mot op het lijssie kijke en vijftig cente motte d’r in.’
‘Vijftig cente?’ vroeg ik vol verbazing.
‘Jezus, kost lucht ook al geld tegenwoordig, straks moeten we toch nog gaan betalen omdat de zon opkomt.
Voor niks gaat de zon op maar een druppie lucht kost vijftig cente, hoe is het mogelijk.’
Onze vingers gingen gezamenlijk over het lijstje op zoek naar het merk en type van mijn auto.
‘Kijk, 2.2 en achter 2.1 zie je?’zei de stoere man.
Hij tikte op een knopje totdat het cijfer op 2.2 stond
‘Ja, kijk ik heb het idee dat die een beetje zacht is’ zei ik en wees op het linkervoorwiel.
‘Ze motte allemaal.’
‘Oké, dan doen we ze allemaal.’
‘Je heb vijf minute, doppie d’r af.’
‘Oh, vijf minuten maar, dan moeten we opschieten, ik zal de doppies eraf draaien.’
‘Hoor, ast ‘ie piept dan ist ‘ie klaar’ zei de man terwijl hij het stangetje op het ventiel duwde.
Het apparaat piepte.
De stoere man tikte na het tweede voorwiel een lagere stand in op het apparaat.
‘Als je weet hoe het moet is het een makkie hè’ zei ik terwijl ik het dopje weer op het ventiel draaide.
‘Dat is met alles’ zei de man en zuchte diep.
Hij was sneller met lucht inblazen als ik met doppies losdraaien en vastdraaien.
‘Ik loop ze straks nog wel effe na’ zei ik.
‘Wel doen’ zei hij streng.
‘Ja, echt waar’ zei ik braaf.
‘Klaar’ zei hij.
‘Hartstikke bedankt en gelukkig tweeduizendzeven’ zei ik terwijl ik de dopjes controleerde.
‘Jij ook’ zei hij en liep weg.
Ik zette mijn autootje bij de benzinepomp, gooide de tank vol, liep naar binnen om af te rekenen en zag de stoere man staan, ik zwaaide nog naar hem toen ik weer naar buiten liep.
Na een kleine drie kwartier was ik op de plek waar ik verwacht werd.
Ik zocht naar haar naam op de naambordjes.
De naam bij nummer vijftien correspondeerde met de naam uit onze mailtjes, ik belde aan.
Wordt vervolgd.
twee reacties
nou jaaaa, word het net spannend, en dan stop je er mee, hihi, niet te lang wachten met het vervolg hé? knuff