Donderdag 05 Juni 2008 at 01:10 am Vloeken

Surfend op het wereld wijde web, terwijl je kater spinnend op schoot ligt, kan een mens mooie dingen tegenkomen.
Ik geef toe, er is ook genoeg troep te vinden en dat hoef je niet eens te zoeken, het wordt je als het ware zo in je snuffert gedrukt.
Je bent een enkele muisklik verwijderd van de meest gore plaatjes, in wat voor wereld leven we, dat vraag ik me soms wel af.
In een virtuele wereld waar bijna alles lijkt te mogen en te kunnen.
Heeft de mens nog een béétje fatsoen in z'n donder, denk ik dan.
Kijk, ik zal niet gaan zitten janken als er een beetje gevloekt word ergens, woorden als kutzooi, klotezooi zijn tegenwoordig bijna normaal.
Tegenwoordig wordt dat zo k*t, kl***zooi geschreven, en dat vind ik bijna huichelachtig want iedereen snapt dat je op dat moment niet aan het Wilhelmus bezig bent.
En wat is nou helemaal het verschil tussen mopperen of kankeren.
Ik zeg regelmatig dat ik vloekend geboren ben.
Menig bouwvakker zou met een bek vol tanden kunnen staan als ik die van mij opentrek.
Daar ben ik niet trots op hoor maar ik ben d'r een beetje mee opgegroeid, niet per se thuis maar op straat en op school was het reuze stoer als je flink kon vloeken.
Enge ziektes en verwensingen waren standaarduitdrukkingen.
Jarenlang als iets me niet beviel zei ik :  Krijg de pleuris.
Nou dat heb ik geweten, ik kréég de pleuris, ook wel natte pleuris of pleuritis genoemd, dat is vocht achter je longen en dat doet zo verschrikkelijk veel pijn dat je denkt dat je dood gaat.
Daarna heb ik het nog maar een héél enkel keertje gezegd, als ik vreselijk boos was, als ik m'n zelfbeheersing verloor, tja dan kán het nog wel eens gebeuren.
Ik probeer dat gevloek tegenwoordig zoveel mogelijk te beperken.

Toch is er een vloek die ik waarschijnlijk nooit zal afleren omdat ik er alléén maar positieve, humorvolle gedachten bij heb, dat zeg ik dan ook alléén maar als ik in een goeie bui ben en met een gekke bek natuurlijk.
Het is een uitspraak van een collega van een jaartje of dertig geleden, ik weet z'n naam zelfs nog.
Ik had via het uitzendbureau een baantje gevonden op de OBA, de Order Behandelings Afdeling, van een grote machinefabriek, toen hadden afdelingen nog hele gewone namen.
Hij heet Cees, z'n achternaam weet ik ook nog maar die vertel ik lekker niet, het is een leuke achternaam, één waar je van gaat glimlachen als je 'm hoort.
Als Cees zijn opmerking maakte dan deed 'ie dat omdat 'ie een plotselinge aanval van werklust had.
Wij moesten daar dan met z'n allen vreselijk om lachen, hij bracht het zó humoristisch.
Ik heb daar een maand of twee gewerkt, toen kwam degene die ik verving weer terug en kon ik opstappen, zo gaat dat met uitzendwerk, op naar de volgende baan.
In die twee maanden heb ik die uitspraak er zo in laten rammen door Cees, die raak ik nooit meer kwijt.
Dat zit zo in mijn systeem dat ik waarschijnlijk als ik jaren later op mijn sterfbed lig en een opleving krijg het nog zal zeggen.
Tering, tering, ik heb een activering.

Bassie - Zeven reacties - #